Hoe kun je het onderhoud en de vervanging van 14.500 bruggen en viaducten in de provincie Noord-Holland samen slim(mer) voor elkaar krijgen? Harry Michels, transitiemanager bij de Provincie Noord-Holland, en Peter Faas, strategisch adviseur bij Rijkswaterstaat, zetten zich hiervoor in.

Workshop 13

Toekomst van de instandhouding van onze infrastructuur

Door: Harry Michels, Provincie Noord-Holland en Peter Faas, Rijkswaterstaat

Vaak heeft men het over grote projecten zoals de Van Brienenoordbrug, vertelt Harry Michels. ‘Maar als je kijkt naar alle objecten die onderdeel uitmaken van het verkeersnetwerk van Noord-Holland, dan bestaat 90% uit bruggen in woonwijken, parken en natuurgebieden. Beheerd door gemeenten. En dan zijn er nog de bijzondere bruggen die deel uitmaken van een historische dorpskern of binnenstad.’

Rijkswaterstaat (RWS), provincies, gemeenten en waterschappen zijn bezig om bruggen in heel Nederland te renoveren. Maar wat als er 4 bruggen tegelijk stuk zijn? Kunnen we samen slimmer renoveren en vervangen? In het TNO-rapport over de vernieuwingsopgave van november 2023 staat de volgende aanbeveling: ‘Stimuleer samenwerking tussen beheerders op verschillende bestuursniveaus.’ Harry Michels van de provincie Noord-Holland en Peter Faas van Rijkswaterstaat zijn daarmee aan de slag gegaan. Tijdens deze workshop vertellen ze wat het betekent als autonome organisaties gaan samenwerken.

Verbinden, verslimmen en versnellen

De samenwerking vindt plaats op zowel strategisch, tactisch en operationeel niveau, met speciale aandacht voor het  bestuurlijke aspect. Daarbij is het leidend principe: verbinden, verslimmen en versnellen. ‘Het aantal slimme oplossingen is gigantisch’, zegt Michels. ‘In Nederland zijn er veel mensen met goede ideeën over hoe je bruggen kunt vervangen, renoveren en verduurzamen.’ Beiden merken echter dat gesprekken nogal eens stilvallen bij het woord ‘samenwerken’, waardoor het opschalen van slimme oplossingen niet altijd goed lukt.

‘We willen een vruchtbare bodem creëren voor die oplossingen’, zegt Faas. Een groep gemeenten, de provincie Noord-Holland, ProRail en RWS haken sneller aan dan gedacht. De samenwerking met marktpartijen is lastiger. Michels: ‘Uiteindelijk heb je ook een commerciële relatie met elkaar.’ Kleine gemeenten hebben het over het algemeen best goed voor elkaar. Maar wat als zij marktcapaciteit wegtrekken om hun eigen bruggen te herstellen? Dan grijpt de buurgemeente mis. Ook op nationaal niveau speelt dit. Als RWS erin slaagt om het werktempo op te voeren, dan gaan provincies daar last van hebben, want de capaciteit op de markt is schaars.

Michels krijgt de vraag uit de zaal of de provincie het onderhoud van betonnen viaducten in handen durft te leggen van RWS. Daar moet hij wel even over nadenken. De provincie heeft immers eigen normen. Misschien maakt RWS andere keuzes. Faas probeert zijn aarzeling te doorbreken. ‘Uiteindelijk doen we het voor de maatschappij. Het maakt niemand iets uit of je over een brug rijdt die wordt onderhouden door de provincie of door RWS.’

Slimmer onderhoud

De samenwerkende partijen beheren in Noord-Holland 14.500 objecten. 9.890 daarvan zijn verkeersbruggen. 4.610 zijn fiets- en voetgangersbruggen, waarvan 3.755 vaste houten fiets- en voetgangersbruggen. Het merendeel van deze objecten is in beheer van gemeenten. Michels heeft een quizvraag voor de zaal: ‘Hoeveel van die 3.755 vaste houten fiets- en voetgangersbruggen zijn uniek?’ Een deelnemer merkt op dat RWS werkt met 7 sluizenfamilies. Wellicht zijn er ook gelijkenissen tussen de bruggen. Dat is het antwoord waarop de workshopgevers hoopten. Door gelijkenissen in kaart te brengen, kun je onderhoud slimmer organiseren.

De gemeente Amsterdam is daar al mee begonnen. 80 bruggen zijn daar ontworpen in de Amsterdamse School-stijl. In plaats van ze alle 80 volledig te inspecteren, .heeft de gemeente een uitvoerige inspectie gedaan van 5 bruggen. Daaruit heeft de gemeente een rode draad vastgesteld. Vervolgens zijn er steekproeven gehouden bij de andere 75 bruggen, waardoor je in beperkte tijd een compleet beeld krijgt. Het is fijn om zo efficiënt te werk te kunnen gaan, nu de inspectiecapaciteit beperkt is.

Bruggenbrigade

Michels en Faas delen 3 uitvoeringsplannen. Allereerst is het zaak om beter inzicht te krijgen in het areaal en de samenhang daartussen. Dit biedt kansen voor gezamenlijk assetmanagement en gedeelde uitvoering. Daarnaast zou het verkeersmanagement in regio’s en corridors van reactief naar proactief mogen. ‘Er is behoefte aan een langetermijnvisie’, zegt Michels. ‘Verder willen we onder de vlag van de Noord-Hollandse Bruggenbrigade kennis, kunde en informatie delen. Alle mensen die actief bezig zijn met bruggen in Noord-Holland willen we een veilige setting bieden om kennis te delen en over hun eigen organisatiegrenzen heen naar oplossingen te kijken.’