Beschermen tegen overstromingen, voldoende schoon water en een ecologisch gezond watersysteem. We zoomen in op enkele mijlpalen uit 2020.
Houtribdijk kan zeldzaamste storm aan
Dankzij een nieuwe steenlaag en enorme zandpakketten kan de Houtribdijk tussen Lelystad en Enkhuizen stormen weerstaan die statistisch eens in de 10.000 jaar voorkomen. In juni 2020 opende minister Cora van Nieuwenhuizen de versterkte Houtribdijk. Omwonenden van het IJsselmeergebied zijn hiermee beschermd tegen hoogwater. En dat niet alleen. Er is een oppervlakte van ruim 900 voetbalvelden aan natuur bijgekomen en er is meer plek voor recreatie, bijvoorbeeld met een nieuw watersportstrand bij Lelystad.
Het zand waarmee de dijk aan de kant van Enkhuizen is versterkt, hebben we opgepompt uit het naastgelegen Markermeer. Dit ‘bouwen met de natuur’ is milieuvriendelijker en goedkoper dan traditionele oplossingen, verbetert de waterkwaliteit en maakt de natuur in het gebied diverser. Nergens anders ter wereld zijn brede zandoevers eerder toegepast in een zoetwatergebied zonder eb en vloed.
Extra zand redding voor trekvogels
Na het aanbrengen van 1,4 miljoen m3 extra zand (zandsuppletie) is de Roggenplaat sinds februari 2020 weer klaar voor de toekomst. Omdat de zandplaat in de Oosterschelde beetje bij beetje onder water verdween, grepen we in. De Roggenplaat is een rustplek voor zeehonden en een belangrijk gebied voor vogels om voedsel te zoeken. Kustvogels gebruiken de plaat om aan te sterken tijdens hun lange reis tussen West-Afrika en het hoge noorden. De plaat is niet alleen van groot belang voor de natuur, maar ook voor de veiligheid van de dijken in de omgeving. Hij vangt namelijk een deel van de klappen op van golven die op de dijken afkomen.
Zandsuppletie is een maatregel die we ook vaak treffen langs onze kust. Duinen en stranden zijn onze belangrijkste bescherming tegen de zee. Door wind, zee en stroming verdwijnt zand van de kust. Ook verliezen stranden terrein door de stijgende zeespiegel. Door nieuw zand aan te brengen, houden we de kustlijn op natuurlijke wijze intact.
Zeldzame vissoort terug in Haringvliet
Sinds 2019 zetten we de Haringvlietsluizen regelmatig op een kier. Trekvissen als zalm, paling en zeeforel krijgen daardoor weer de mogelijkheid om stroomopwaarts de rivieren op te trekken naar hun paaigebieden. Onze inspanningen waren niet voor niets, zo bleek uit metingen in 2020. Tientallen miljoenen trekvissen zijn dit jaar via de Haringvlietsluizen de Rijn-Maasdelta binnengezwommen. In totaal werden 23 vissoorten aangetroffen.
Onderzoekers vingen bij de Haringvlietsluizen onder meer volwassen elften. Tot voor kort werd deze haringachtige in de Rijn en Maas als uitgestorven beschouwd. Net als veel andere soorten trekvissen verdween de helft begin 20e eeuw uit het stroomgebied van de Rijn en de Maas, als gevolg van een verslechtering van de waterkwaliteit, aanpassingen van de loop van de rivier, de aanleg van stuwen en mogelijk ook overbevissing. In de afgelopen decennia is de waterkwaliteit verbeterd, zijn vistrappen aangelegd en is het leefgebied hersteld.
Data-innovatie bij vismetingen
De visstand is een belangrijke indicator voor de waterkwaliteit. Samen met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit monitort Rijkswaterstaat de visstand in onze rivieren en meren. Mede vanwege nieuwe regels zoeken we hiervoor naar nieuwe visvriendelijke, duurzame en kostenefficiënte technieken. In 2020 onderzochten we 2 kansrijke innovaties die landelijk toe te passen zijn: de ene met behulp van kunstmatige intelligentie (AI), de ander met environmental DNA (e-DNA).
Bij de 1e innovatie gebruiken we technieken om beelden automatisch te herkennen. Door in een vispassage een onderwatercamera met getrainde software te plaatsen, krijgen we de passerende vissen in beeld. De software herkent en registreert de vissen en geeft een overzicht van wat er langskomt. Bij de vispassage in Lith loopt een pilot om deze methode te onderzoeken.
Met e-DNA stellen wij op basis van huidweefsel, slijm en uitwerpselen die vissen in het water achterlaten, vast welke soorten daarin voorkomen. Een methode die al succesvol bleek in kleinere wateren.
Innovatieve vangarm ruimt zwerfafval op
In de Nieuwe Maas bij Vijfsluizerhaven is Rijkswaterstaat in juli 2020 gestart met een pilot met het opvangsysteem ‘Catchy’. Het innovatieve systeem vangt zowel drijvend zwerfafval als afval tot 1 m onder water op. Hiermee voorkomen we dat macro- en microplastics naar het achterliggende beschermde natuurgebied en de Noordzee kunnen stromen. ‘Catchy’ vangt continu zwerfafval op.
Het systeem werkt volledig op wind en stroming en wordt niet beperkt door weersomstandigheden. ‘Catchy’ heeft een korte arm van 12 m en een lange arm van ruim 200 m. Doeken aan de onderzijde van de 2 drijfarmen leiden het afval naar het opvangsysteem. Het opvangsysteem wordt maandelijks geleegd. Dit afval wordt gesorteerd en geanalyseerd op materiaalsoort, grootte en gewicht. Op basis daarvan willen we inzicht krijgen in de oorzaak en omvang van het zwerfafvalprobleem in de Nieuwe Maas.