Betrouwbaar, digitaal en zorgvuldig
Namens de Rijksoverheid voeren wij vijf wettelijke taken uit. Het beoordelen van aanvragen Baggerspecieverklaringen (op basis van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm) en Niet-reinigbaarheidsverklaringen grond (op basis van het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen (Bssa)) voeren we uit in opdracht van Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat-DGMI (directoraat-generaal Milieu en Internationale Zaken). Zij regelen ook de financiering. De overige drie wettelijke taken voeren we uit in opdracht van en zijn gefinancierd door het Ministerie van IenW-DGWB (directoraat-generaal Ruimte en Water).
In opdracht van DGMI bereiden we in 2025 nog een nieuwe wettelijke taak voor. Namelijk het opzetten, ontwikkelen en uitvoeren van werkzaamheden op het gebied van normalisatie, certificatie en accreditatie, inclusief Europese wettelijke conformiteitsbeoordelingen.
Baggerspecieverklaringen en Verklaringen niet-reinigbaarheid grond
Namens de minister van Financiën beoordelen we aanvragen om baggerspecieverklaringen, waarmee een ontdoener vrijstelling van afvalstoffenbelasting krijgt in geval van stort. Namens de minister van IenW beoordelen we aanvragen om verklaringen niet-reinigbaarheid grond, waarmee landelijk geborgd is dat alleen niet-reinigbare en niet-immobiliseerbare grond wordt gestort. In 2025 verwachten we in totaal zo’n 350 aanvragen verklaringen niet-reinigbaarheid grond en zo’n 50 baggerspecieverklaringen te verwerken en 1 of 2 beroep- en bezwaarprocedures te voeren.
Verklaringen (400 afhandelingen)
Verklaringen | Percentage |
---|---|
Reinigbaarheid | 87% |
Baggerspecie | 13% |
We beoordelen zowel de aanvragen voor verklaringen ‘Niet-reinigbaarheid van verontreinigde grond’ en ‘Baggerspecie’ als de aanvragen voor erkenningen op basis van het Besluit bodemkwaliteit.
Erkenningen kwaliteitsborging bodembeheer
Het Besluit bodemkwaliteit en het Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen stellen eisen aan zowel de kwaliteit als de integriteit bij de uitvoering van werkzaamheden. Bedrijven en overheidsinstanties die aangewezen werkzaamheden willen uitvoeren, de zogenaamde bodemintermediairs, moeten in het bezit zijn van een erkenning van de Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Namens de minister zorgen wij voor het afhandelen van aanvragen voor deze erkenningen.
In 2025 verwachten we zo’n 5.000 aanvragen en wijzigingen om erkenningen te verwerken en 1 of 2 beroep- en bezwaarprocedures te voeren. ‘Nieuw’ sinds 2024 is dat bij de aanvraag voor een erkenning bodemkwaliteit voor het produceren van een bepaald producttype van een bouwstof de rapportage van het toelatingsonderzoek moet worden meegestuurd.
Kwalibo (5000 afhandelingen)
Kwalibo | Percentage |
---|---|
1e aanvraag | 5% |
Aanvraag wijziging | 32% |
Admin. wijziging | 53% |
Intrekking | 10% |
Uitvoering kostenverhaal bodemsanering Wet bodembescherming
Wij zijn namens de Rijksoverheid belast met het uitvoeren van de wettelijke taak kostenverhaal in het kader van de Wet bodembescherming Hieronder vallen onder meer het onderhandelen en het treffen van schikkingen met grote bedrijven en het versturen van stuitingsbrieven. Deze werkvoorraad is nagenoeg afgerond. Dat betekent dat wij in 2025 nog uitsluitend een adviserende rol hebben richting het Ministerie van IenW en decentrale overheden bij (oude of nieuwe) casuïstiek.
Fabrikant-eigenverklaringen
Namens de minister van IenW beheren en publiceren we een lijst met fabrikant-eigenverklaringen.
Organisaties die op deze lijst vermeld staan mogen hun product voorzien van een milieuverklaring bodemkwaliteit van het type fabrikant eigenverklaring, een bewijsmiddel voor de kwaliteit op grond van het Besluit bodemkwaliteit. Deze lijst is informatief en biedt afnemers en handhavers een snelle controlemogelijkheid of een product terecht met milieuverklaring bodemkwaliteit van het type fabrikant-eigenverklaring wordt geleverd. Sinds 2024 zijn fabrikant eigenverklaringen niet meer voor onbepaalde tijd geldig, maar voor een periode van vijf jaar.
Beheer van (wettelijke) instrumenten
Rijkswaterstaat Bodem en Ondergrond beheert ook enkele (deels wettelijke) instrumenten:
Landelijke Meldpunt bodemkwaliteit
We coördineren en beheren sinds 2008 het Landelijk Meldpunt Bodemkwaliteit . Met invoering van de Omgevingswet verliepen de meeste bodemmeldingen sinds 1 januari 2024 al via het Omgevingsloket. Alleen bodemmeldingen die nog onder het overgangsrecht vallen worden nog via dit meldpunt gemeld. Ter vereenvoudiging van de meldprocedure onder het overgangsrecht wordt dit Meldpunt bodemkwaliteit op 3 februari 2025 vervangen door een eenvoudiger en gebruiksvriendelijker e-formulier op ons RWS Loket.
Landelijke Bodemloket
Bodeminformatiebeheer kent een aantal structurele producten en diensten die we in 2025 regulier blijven beheren. Bekende voorbeelden zijn bodemloket.nl en het beheer van data-uitwisselstandaarden. Het Bodemloket.nl, met ongeveer 800 tot 1.000 gebruikers per dag, blijft in ons beheer. In samenwerking met SIKB organiseren we een tweetal bijeenkomsten van het Platform Informatiebeheer.
Landelijke Bodem Toets- en Validatieprogramma
We verzorgen in 2025 het beheer en onderhoud van het Bodem Toets- en Validatieprogramma (BoToVa). Met brancheorganisaties VKB en VVMA en normdocumentenbeheerder SIKB zijn we in gesprek over toekomstige prositionering en beheer van een bodemtoets- en validatieservice. Voornemen is om BoToVa gefaseerd in twee stappen aan marktpartijen over te dragen, uiterlijk per 1 juli 2026.
Voor de opgave `Uitvoering wettelijke taken’ hebben wij voor 2025 circa 7,5 + 1,75 = 9,25 fte aan capaciteit gepland.