Onder leiding van MVO Netwerk Beton hebben private en publieke partijen de afgelopen 2 jaar aan het Betonakkoord gewerkt. Op dinsdag 10 juli ondertekenen onder andere aannemers, recyclingbedrijven, grondstoffen- en bindmiddelenleveranciers, het Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat, ProRail en diverse gemeenten en provincies het akkoord.
De ondertekening is een belangrijke mijlpaal na een lange periode van voorbereiden. Eerder dit jaar verscheen er in Rijkswaterstaat & een artikel over waarom Rijkswaterstaat deelneemt aan het Betonakkoord en wat dit moet opleveren.
Werkgroepen aan de slag
Het Betonakkoord blijft niet bij een handtekening. De partijen die ondertekenen, komen direct in actie. Zo starten er allerlei werkgroepen die de uitgangspunten van het akkoord een plek gaan geven in het dagelijkse werk. Zij buigen zich over verschillende thema’s, namelijk de roadmap CO2-reductie, circulair ontwerpen, hergebruik van betonstromen, impact op natuurlijk kapitaal, dalende Milieu Kosten Indicator (MKI), kennis en innovatie en Onderwijs en kennisdeling. Regisseurs van de verschillende betrokken partijen gaan deze werkgroepen aanjagen.
Betonakkoord in projecten
Op dit moment worden de maximale MKI-waarden vastgesteld en opgenomen in de handreiking Verduurzaming Beton. Een expertcommissie beoordeelt de handreiking de aankomende weken, met als doel deze op te nemen in de Werkwijzer van Rijkswaterstaat. Dit betekent dat het Betonakkoord invulling krijgt in alle projecten van Rijkswaterstaat. Waarschijnlijk vanaf september al.
Verduurzaming versus levensduur
Het idee is dat de MKI-waarde elk jaar verder naar beneden wordt geschroefd. Hoe snel die waarde daalt, stemmen de partijen binnen het Betonakkoord samen af. Zo zorgen ze er samen voor dat de CO2-uitstoot van beton steeds verder afneemt. Belangrijk punt hierbij is de levensduur. Want verduurzaming van de productie mag natuurlijk niet ten koste gaat van de levensduur.