Bouwen aan Nederland
Dit jaarbericht verschijnt in een bijzondere periode. Het coronavirus laat ons zien dat het alledaagse niet vanzelfsprekend is. Het lijkt zo gewoon: met de auto of openbaar vervoer naar je werk; een gezonde, veilige leefomgeving; en goed onderhouden dijken, wegen en kunstwerken.
Het alledaagse is echter kwetsbaar. Corona illustreert dat de ruggengraat van onze samenleving – zorg, transport, onderwijs en rechtspraak – wordt gevormd door de mensen die dat werk uitvoeren. Publieke organisaties verdienen het te worden gekoesterd. En de uitvoering van publieke taken vereist onderhoud. Alleen dan kunnen we blijven vertrouwen en bouwen op de ruggengraat die ons land sterk maakt en sterk houdt.
Het vertrouwen dat mensen hebben in onze infrastructuur wil Rijkswaterstaat elke dag waarmaken. We voelen ons er verantwoordelijk voor en dat maakt ons trots op het werk dat we doen. Dat geldt ook voor mij. Op die verantwoordelijkheid willen we ook aanspreekbaar zijn. Daarom is het zo belangrijk dat we vorig jaar een basis legden voor de grootste onderhoudsopgave ooit. Tot 2028 pakken we meer dan 80 verouderende infrastructuurprojecten aan. Het is een mooi begin van een opgave die nog veel aandacht gaat vragen.
Rijkswaterstaat borgt het dagelijkse functioneren van Nederland op de weg en op het water. Tegelijkertijd bouwen we aan de toekomst van Nederland. Soms op spectaculaire wijze. Het project Schiphol-Amsterdam-Almere, bijvoorbeeld, is het grootste wegaanlegproject in de geschiedenis. In IJmuiden bouwden we door aan de grootste sluis ter wereld. Ook in de dagelijkse operationele praktijk is ‘slim vernieuwen’ het sleutelwoord. Steeds meer weggebruikers gebruikten in 2019 dagelijks onze informatie via hun navigatiesysteem. En het gebruik van drones, sensoren en data werpt vruchten af. Het zijn innovaties die nu al onmisbaar zijn om ons werk makkelijker, klantvriendelijker, veiliger en duurzamer te kunnen doen.
Complexe dossiers als stikstof en de PFAS lieten ons in 2019 zien dat we moeten zoeken naar nieuwe evenwichten. Niet alles kan. Juist in de uitvoering blijkt het soms lastig om aan alle eisen van veiligheid, natuur en milieu, leefbaarheid en bereikbaarheid tegelijk te kunnen voldoen. Daarom dringen we bij de politiek en de beleidsmakers aan op duidelijke kaders. Die bieden ons ruimte om in elk project en elke situatie te zoeken naar de beste oplossing in het uitvoeringsproces. Daarbij moet duidelijk zijn dat het gevraagde werk te realiseren is binnen het budget dat we ervoor krijgen toegekend.
Rijkswaterstaat denkt ook na over het toekomstige evenwicht. Met dat doel ging in 2019 Expeditie RWS2050 van start: een voorbereidingstraject op de opgaven die op ons af gaan komen in de komende decennia. Een aantal van die opgaven zijn al duidelijk in beeld. We verkenden nieuwe kansen om te voldoen aan het klimaatakkoord van Parijs. Met bedrijven en andere departementen zochten we plekken in ons beheergebied die we samen slimmer kunnen benutten voor het opwekken van duurzame energie of het opslaan van CO2.
Rijkswaterstaat zorgt al meer dan 200 jaar voor de veiligheid van het dagelijkse leven, ook in crisistijden. We werken tegelijkertijd aan de toekomst van het land. Dat gebeurt in goede samenwerking met onze omgeving en daar ben ik blij om. Samenwerken is misschien wel het meest basale focuspunt waarop Rijkswaterstaat zich richt. Met overheidspartners, kennisinstituten en burgers en ook met bedrijven. De markt is een onmisbare motor achter de vernieuwing van ons land. Daarom investeren we krachtig in de vitaliteit ervan. In 2019 ontwikkelden we, samen met de infrasector, een plan van aanpak waarmee we een transitie in gang zetten naar een gezonde, concurrerende, innovatieve en duurzame bouwsector.
In deze roerige corona-periode lijkt 2019, terugblikkend, een alledaags jaar. Dat was het echter allerminst. In 2019 legde Rijkswaterstaat de fundamenten voor een weerbaar en schokbestendig Nederland. Bovendien bleven we bouwen aan een onze veiligheid, leefbaarheid en bereikbaarheid. Ook als de omstandigheden het ons lastig maken. Ik ben trots op de manier waarop de medewerkers van Rijkswaterstaat elke dag weer aan die opdracht invulling geven. Dit jaarbericht geeft u daarvan een boeiend beeld.
Ik wens u veel leesplezier toe!
Michèle Blom,
directeur-generaal Rijkswaterstaat