De provincie Noord-Brabant en haar partners werken samen aan een gebiedsgerichte aanpak voor het Ulvenhoutse Bos bij Breda. Ook Rijkswaterstaat is belanghebbende vanwege raakvlakken met de verbreding A58 Sint-Annabosch - Galder. Procesmanager Paulien Feimann vertelt hoe de provincie met andere belanghebbenden optrekt in de opgaven. 

Natuurherstelgebied

Het Natura 2000-gebied Ulvenhoutse Bos is een klein oud bosgebied in de gemeente Breda. Het verbeteren van natuur en waterhuishouding in het Ulvenhoutse Bos is nodig omdat het Natura 2000-gebied niet voldoet aan de Europese richtlijnen. Voor het herstel van vochtige bostypen neemt Staatsbosbeheer maatregelen in het bos én omgeving. De provincie heeft hiervoor in 2020 een Provinciaal Inpassingsplan opgesteld, een MER en een Projectplan Waterwet. Ook met deze maatregelen herstelt het gebied onvoldoende. 

Bufferzones nodig 

Het gebied gaat gebukt onder stikstof en ondanks de genomen maatregelen blijft verdroging een probleem. De partners rondom het Ulvenhoutse Bos oriënteren zich op vervolgmaatregelen voor het realiseren van de in de Europese richtlijn vereiste gunstige staat van instandhouding. “We zijn bezig met kwelherstel in het natuurgebied. Ook dat is niet genoeg om de doelen te kunnen halen. We moeten echt toe naar overgangszones in de vorm van een buffer of schil om het gebied,” legt Paulien Feimann uit. “Een bredere aanpak is hard nodig.” 

Verbreding A58

Als procesmanager brengt Paulien alle belangen van partijen bij elkaar in het gebiedsgerichte proces. “Dat is wel nodig, want het Ulvenhoutse Bos ligt in stedelijk gebied dichtbij Breda, en ook te midden van landgoederen, landbouw en snelwegen. Er zijn opgaven voor woningbouw en bereikbaarheid zoals de verbreding van de A58, waarvoor stikstofruimte nodig is. Tegelijkertijd is ruimte nodig voor hydrologische maatregelen en stikstofmaatregelen. “Zo lang het gebied niet in een goede staat van instandhouding is, is het lastig om deze projecten te realiseren. We hebben elkaar dus hard nodig,” vat ze samen. 

De partners rondom het Ulvenhoutse Bos oriënteren zich op vervolgmaatregelen.

Hoofdopgaven leidend

Hoe werkt een gebiedsgericht proces? Als procesmanager begon dit voor Paulien met de hoofdopgaven en belangen zoals hiervoor benoemd. Het natuurherstel van het Ulvenhoutse Bos staat daarin voorop. Zo zijn mogelijke hydrologische maatregelen én kansen voor stikstofreductie geïdentificeerd. Met de uitvoering van het projectplan Waterwet (2020) zijn buiten het bos al vernattingsmaatregelen genomen die de grondwaterstroming richting bos (kwel) versterken. Maar er is nog meer mogelijk. “Denk aan andere vormen van landbouw, de energietransitie, omleiden van verkeer of aanpassingen aan het knooppunt van snelwegen,” legt ze uit. “Over dit soort ideeën gaan we de komende tijd in gesprek met omwonenden, ondernemers en andere betrokkenen in het gebied. Wat werkt wel? En wat werkt niet? We willen onze ideeën delen met de omgeving, maar ook inspiratie ophalen.” 

Urgentie

De provincie is niet de enige initiatiefnemer. De gemeente Breda heeft een eigen planning voor woningbouw en het waterschap werkt aan herstel van de Chaamse Beek. Rijkswaterstaat heeft plannen voor de A58 Knooppunt Sint Annabosch. Bij al deze projecten zijn we mede afhankelijk van een doel van de gebiedsgerichte aanpak namelijk een goede staat van instandhouding. 

Vlot trekken 

Paulien legt uit wat deze plannen aan afstemming vragen: “Waar dat kan combineer je de inspraak en communicatie met inwoners. Tegelijkertijd voelen we urgentie. Het beekherstel moet vanwege de Kaderrichtlijn Water vóór eind 2027 af zijn. Ook is de gunstige staat van instandhouding van de natuur een voorwaarde om andere ontwikkelingen vlot te trekken, zoals de stilgelegde projecten op de A58. Naast deze ontwikkelingen voelt de provincie zich verantwoordelijk voor de toekomst van de landbouw en andere bedrijvigheid in het gebied.”

Puzzel van ruimtelijke ontwikkelingen

Het stilleggen van de MIRT-projecten zoals de verbreding van de A58 is volgens Paulien voor het gebiedsproces ongunstig. “Het buiten het Ulvenhoutse Bos verleggen van het knooppunt had in de puzzel van ruimtelijke ontwikkelingen meegenomen kunnen worden en had dan ook weer stikstofwinst – en daarmee natuurwinst - opgeleverd. Nu dit project ‘on hold’ staat kan dit niet meegenomen worden.” Tijdens het proces veranderde daarmee de positie van Rijkswaterstaat. Dit gaat nu alleen om afstemming over hydrologische maatregelen die onder de weg door gaan en waarbij Rijkswaterstaat een belang heeft. Het hydrologisch herstel, waarbij meer kwel vrijkomt, is een belangrijke opgave in alle maatregelen.

Samenspel

Het gebiedsproces gaat verder dan het behartigen van de eigen belangen, merkt Paulien. “In het samenspel zal niemand een 10 scoren, allemaal komen we op 6-jes en 7’s uit en soms minder. Het gaat ergens pijn doen om er samen uit te komen. Niet alles kan meer overal. Uitgangspunt is dat we samen in goed en begripvol overleg keuzes maken.” 

Brieven uit Den Haag

Het grote voordeel van het gebiedsgericht werken vindt ze het bundelen van kennis, juist in deze roerige tijd. “Met alle brieven uit Den Haag over water, bodem en stikstof zien wij de winst van het samen aan tafel zitten. Aan de gesprekstafel kijken we voortdurend met een schuin oog naar de actualiteit.” Toch benadrukt ze dat het belangrijk is om altijd de horizon en een langere tijdslijn in gedachten te houden: “Laat je niet gek maken door de waan van vandaag, maar blijf toetsen of je aan de goede dingen werkt.” 

Meer informatie: 

PFeimann@brabant.nl  
Marco.Bakermans@rws.nl  tel. 06 52 58 18 27  

Rol van Rijkswaterstaat als gebiedspartner

Rijkswaterstaat neemt deel aan de provinciale regietafels voor de gebiedsgerichte aanpak van stikstof. Binnen deze aanpak stemmen provincies  af met de agrarische sector, bedrijfsleven, natuurbeheerders en ook met Rijkswaterstaat. 

De deelname van Rijkswaterstaat aan een gebiedsgerichte aanpak van provincies kan meerdere aanleidingen hebben. Vaak gaat het om de verantwoordelijkheid van Rijkswaterstaat voor het opstellen van beheerplannen voor Natura-2000 gebieden. Ook kan Rijkswaterstaat terreinbeheerder zijn in natuurgebieden waarvoor de provincie de beheerplannen op moet stellen. Een andere factor is de verantwoordelijkheid voor stikstofuitstoot van verkeer op de rijkswegen en hoofdvaarwegen. 

Opleveren gebiedsplannen 

De inrichting van de gebiedsgerichte aanpakken verschilt per provincie en is dus regionaal maatwerk. In het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied moeten de provincies hun definitieve gebiedsprogramma’s rond 1 juli 2023 opleveren. Naast stikstof moeten de provincies dan ook aangeven hoe zij omgaan met de wateropgave (Kaderrichtlijn Water en hydrologie), de natuuropgave en de klimaatopgave in het landelijk gebied en in de landbouw. Water en bodem zijn  hierin sturende aspecten.

Meer informatie:

Alexander.Dieperink@rws.nl 
tel. 06 – 21 64 96 86