Taalbarrières, andere landsgebruiken en fysieke afstand kunnen de communicatie over de grens flink bemoeilijken. Met de opkomst van e-participatie hoeft dat volgens strategisch adviseur m.e.r. Paul Eijssen niet meer zo’n belemmering te zijn. Een digitaal MER maakt volgens hem de informatie toegankelijker voor iedereen.

Paul Eijssen
Paul Eijssen

Projecten waarvan de reikwijdte over de landsgrenzen gaat, moeten volgens internationale verdragen ook aan de kant van de grens gelijkwaardige participatiemogelijkheden aanbieden. Paul Eijssen stond aan de wieg van de ontwikkeling van de digitale MER. Vanuit ingenieursbureau Royal HaskoningDHV ontwikkelde hij dit in samenwerking met Rijkswaterstaat. Inmiddels ziet hij e-participatie overal opkomen, mede versterkt door de gedragsveranderingen die de pandemie COVID-19 met zich meebrengt. ‘Ik denk dat digitale procedures over een aantal jaren gemeengoed zijn. Betrek je de omgeving in je proces, ook in de vorm van consultatie, dan staat je digitaal gezien niets in de weg om dat ook grensoverschrijdend te doen.’

Informatie in beide talen

Een voorwaarde is dan natuurlijk wel dat je de informatie in beide talen beschikbaar stelt, vindt Paul. ‘Technisch is dat geen probleem, je klikt op het knopje voor de Engelse versie en dan worden de pagina’s automatisch in het Engels aangeboden. Vooral vanwege de vertaling zit daar natuurlijk wel een kostenplaatje aan vast.’ Voor de Luchtvaartnota voor het ministerie van IenW, waar hij projectmanager was voor het planMER werd er voor gekozen om alleen een Engelse, Duitse en Franse samenvatting voor de omringende landen te versturen. ‘Dat is de reguliere manier van werken. Maar hoe mooi zou het zijn als ook gedurende het hele proces de informatie digitaal en vertaald beschikbaar is voor iedereen? Inclusief een interactieve pagina, waarmee mensen ook hun plaatselijke kennis kunnen inbrengen.’

Animatiefilmpjes

De digitale MER, zoals deze de afgelopen jaren vorm heeft gekregen slaat echt aan, merkt Paul. Mensen kunnen hierdoor laagdrempelig kennismaken met de plannen. Hij vindt dat dit tegelijkertijd gepaard moet gaan met een andere beeldtaal: compacter, begrijpelijker en toegankelijker, met aantrekkelijke visuele aspecten. ‘Via korte animatiefilmpjes kun je een toelichting geven op de basisinformatie. Of meer inzicht bieden in de oude en toekomstige situatie met een 360-gradenbeeld in modellen en foto’s. ‘Geen honderden pagina’s met tekst meer, maar vooral interactieve informatie. Voor de meeste belangstellenden zal de basisinformatie voldoende zijn. Wie meer wil of moet weten, kan doorklikken tot op detailniveau.’ In opdracht van Rijkswaterstaat startte hij in 2017 daarom een pilotproject voor een digitale MER. Nu, bijna 4 jaar later, lopen er in Nederland meer digitale, interactieve en formele procedures, waarin het MER digitaal wordt gepubliceerd. De Commissie m.e.r. heeft hierover inmiddels positief geadviseerd.

Digitale tools zijn niet gebonden aan grenzen en ontwikkelen zich steeds verder. Paul merkt dat het denkproces binnen Rijkswaterstaat ook die kant op gaat. Dit biedt veel kansen, vindt hij. ‘Het wordt op die manier makkelijker om de landen rondom Nederland te betrekken bij processen. Je kunt bijvoorbeeld bij ‘Wind op zee’ inbreng vanuit Engeland vragen voor onze Nederlandse procedure. Ook in Engeland vindt die discussie plaats. Zij hebben op dit moment nog procedures die door de juridische rechtsgang gedreven zijn, waardoor afschrikwekkende rapporten van 10.000 pagina’s geen uitzondering zijn. De roep neemt toe om over te schakelen op een MER met proportionele afmetingen.’

Ik denk dat digitale procedures over een aantal jaren gemeengoed zijn

illustratie

Van start tot finish

Paul vraagt zich af waarom veel stakeholders vooral op formele momenten betrokken worden in het proces: ‘Gedurende het hele project, van start tot finish, kun je interactieve rapporten met gelaagde informatie, kaarten en publicaties hangen. Door omwonenden gedurende het proces digitaal te laten participeren, verkrijgen we ook lokale kennis. Zij kunnen in de digitale kaarten bijvoorbeeld locaties aangeven die extra aandacht nodig hebben. Informeren wordt daardoor communiceren via e-participatie.’

Doorontwikkeling

Paul is betrokken bij de doorontwikkeling van de digitale MER. Zo is het digitaal platform nu toegerust om aan alle technische en juridische eisen te kunnen voldoen. De Algemene Verordening Gegevensbescherming (privacywet) en de technische eisen om e-participatie uit te kunnen voeren krijgen hierbij uitvoerig aandacht. Ook is er aandacht voor de nieuwe eisen met betrekking tot de toegankelijkheid van (overheids)websites om mensen met een functiebeperking betere toegang te geven tot digitale informatie. In Nederland is een digitale MER al meerdere keren gemaakt, soms volledig digitaal en soms op onderdelen, zoals de samenvatting. Internationaal wordt het steeds meer in projecten ingezet.

Nieuwe standaard?

Rijkswaterstaat wil graag door met het ontwikkelen van een digitale MER als een algemene, standaard werkwijze. Royal HaskoningDHV deelt hiervoor de innovatief ontwikkelde producten en maakt deze beschikbaar voor andere partijen in de markt. Paul: ‘We komen steeds een stap verder met de ontwikkeling van deze digitale tool. Wellicht verloopt straks de hele procedure digitaal. Het verwerken van big data en het analyseren van gegevens met behulp van artificial intelligence, vormen mogelijke volgende stappen. Die ontwikkelingen zie je in de hele maatschappij plaatsvinden en m.e.r. zal daar ongetwijfeld in meegroeien, wereldwijd. Dit wordt nog eens versterkt door de verplichtingen uit de internationale verdragen waardoor buurlanden volwaardig bij grensoverschrijdende effecten mee moeten worden genomen in de procedure.’

Meer informatie:
paul.eijssen@rhdhv.com
tel. 06 - 50 21 34 28

Klik op digitale MER of bekijk het iReport op de website van Royal HaskoningDHV.