Met de Milieukostenindicator (MKI) daagt Rijkswaterstaat marktpartijen uit om in aanbestedingen met duurzame oplossingen te komen. Om de markt nóg meer te triggeren, experimenteert Rijkswaterstaat nu ook met MKI-optellen, zoals bij een onderhoudscontract voor tunnels in West Nederland Zuid. ‘Het is een goede manier om de duurzaamheid van inschrijvende marktpartijen te vergelijken.’
Rijkswaterstaat gebruikt de MKI-waarde sinds 2012 als kwaliteitscriterium bij aanbestedingen volgens de methodiek van de Beste Prijs Kwaliteit Verhouding (BPKV). Aanbiedingen met een lage MKI-waarde scoren dan beter, zo vertelt Gerwin Schweitzer, senior adviseur klimaatneutraal en circulair inkopen bij Rijkswaterstaat. ‘Hoe lager de MKI-waarde, hoe duurzamer. Een lagere MKI-waarde betekent vaak ook CO2-reductie en daarmee indirect een bijdrage aan de ambitie om tot een klimaatneutrale en circulaire infrastructuur te komen.’
Grotere duurzaamheidsprikkels
In het kader van het Actieplan CO2-beprijzen en het plan van aanpak ‘Op weg naar een vitale infrasector’ experimenteert Rijkswaterstaat op dit moment met MKI-optellen. ‘Dit betekent dat we de milieukosten maal een factor optellen bij de fictieve inschrijfprijs voor een aanbesteding’, legt Schweitzer uit. ‘Hierdoor stimuleren we marktpartijen om deze kosten zo laag mogelijk te houden.’ Bijkomend voordeel is dat de MKI ook makkelijker in contracten voor beheer en onderhoud kan worden toegepast. ‘In de contractvoorbereiding is MKI-optellen eenvoudiger én het geeft grotere duurzaamheidsprikkels.’
Onderscheidend vermogen
Op basis van de eerste ervaringen lijkt werken met MKI-optellen de kans op onderscheidend vermogen te vergroten, stelt Schweitzer. ‘Uiteraard is dat ook afhankelijk van het werk. Als er niet veel te kiezen valt in uitvoering of ontwerp, zal het onderscheidend vermogen beperkt zijn. Maar bij bijvoorbeeld het basisonderhoud van een tunnel kan elektrisch transport een reden zijn voor lage MKI-kosten en daarmee ook onderscheidend vermogen.’ Schweitzer geeft aan dat een ander voordeel van MKI-optellen is dat de waarde die een opdrachtgever over heeft per gereduceerde MKI transparanter wordt. ‘Voor Rijkswaterstaat is MKI-optellen een goede manier om de marktpartijen die inschrijven op een uniforme manier uit te dagen om klimaatneutraal en circulair te werken. Meer onderscheidend vermogen betekent ook meer aandacht voor het aantoonbaar maken en rapporteren van de aangeboden MKI-waarde.’
Informatie verzamelen
Eén van de experimenten met MKI-optellen bij onderhoudscontracten was het zogenoemde ‘Top II tunnelcontract’. Arjan Paardekoper is projectmanager bij Croonwolter&dros, die de aanbesteding won voor perceel 2 West-Nederland Zuid. ‘Concreet betekent dit dat we op dit moment 5 tunnels in onderhoud hebben. En in 2023 komt daar de Ketheltunnel nog bij.’ Paardekoper vertelt dat voor de tender een inschatting werd gemaakt van de te verwachten CO2-uitstoot bij zowel het onderhoud als de overige activiteiten. ‘Daarbij gaat het om reisbewegingen en de inzet van al het materieel – kilometers en draaiuren waar een waarde aan verbonden wordt. Uiteindelijke zijn we 6 maanden bezig geweest om deze informatie te verzamelen en op te vragen bij onze onderaannemers. Tot een week voor de inschrijving waren we nog bezig met het bijstellen van de cijfers.’
Energieverbruik reduceren
Eén van de belangrijkste duurzaamheidsdoelstellingen van Croonwolter&dros in dit contract is het reduceren van het energieverbruik van de tunnels met 25,5% na 5 jaar. ‘Dit doen we zowel met vervangingsmaatregelen, zoals het aanbrengen van ledverlichting in de tunnels, als het optimaliseren van bestaande installaties. Tijdens het werk monitoren we uiteraard of we op schema liggen.’ Croonwolter&dros doet er volgens Paardekoper alles aan om – net als Rijkswaterstaat – klimaatneutraal te zijn en circulair te werken in 2030. ‘We zijn bijvoorbeeld CO2-prestatieladder niveau 5 gecertificeerd. Voor dit contract betekent dit dat we een specifiek CO2-projectplan opstellen om onze CO2-footprint te monitoren.’ Paardekoper is overigens erg blij met de gunning van het contract. ‘Dat er door Rijkswaterstaat niet gekozen is voor de laagste prijs vind ik heel veel zeggen. Veiligheid en duurzaamheid zijn uiteindelijk onbetaalbaar.’