De uitspraak van de Raad van State over het Programma Aanpak Stikstof (PAS) heeft verregaande gevolgen voor de bouwsector. Er wordt hard gewerkt om zo veel mogelijk projecten als verantwoord door te laten gaan en er is regelmatig contact tussen overheid en bouwbedrijfsleven. Op 4 november kwamen betrokkenen van het ministerie van IenW, Rijkswaterstaat en de markt bij elkaar om van gedachten te wisselen over de gedeelde problemen. Een verslag.
In de zaal van het Babylon Hotel in Den Haag twijfelt niemand eraan dat het ministerie van IenW en Rijkswaterstaat keihard werken aan mogelijke oplossingen. Wel wil een aantal aanwezigen benadrukken dat de nood in de sector hoog is. Bouwbedrijven en aannemers zijn bezig met de laatste restanten werk en zien hun agenda daarna snel leeglopen. ‘Het gaat daarbij niet alleen om minder omzet voor grote aannemers’, legt Edwin Lokkerbol, directeur van de Vereniging van Waterbouwers, uit. ‘Dat beeld doet geen recht aan de nijpende situatie. Het betreft tienduizenden banen van werknemers en dreigende faillissementen voor vele onderaannemers. Dat zijn vaak mkb’ers of kleine familiebedrijven.’
Stikstofemissies
Een nieuwe aanpak voor stikstof is hard nodig, maar zal niet overmorgen al gereed zijn. De centrale vraag is dan ook: wat kunnen we nu doen, waar liggen nu de mogelijkheden? Michèle Blom, directeur-generaal van Rijkswaterstaat: ‘Daar waar het kon, is Rijkswaterstaat doorgegaan met de projecten. Tegelijkertijd is de constatering juist dat het op onderdelen dan toch niet lukt. Daarom hoop ik dat markt en overheid elkaar wijzer gaan maken en we samen betere oplossingen kunnen vinden.’ In de vier verschillende thematafelgesprekken, te bezoeken in twee afzonderlijke sessies, passeerden vervolgens onder andere bronmaatregelen, vergunningverlening en PFAS de revue.
Vliegende brigades
Partijen constateren tijdens de stakeholdersbijeenkomst gezamenlijk dat bouw- en infrastructuurprojecten met name in kleinere gemeenten tot bijna volledige stilstand zijn gekomen. Verantwoordelijke wethouders nemen veelal liever geen risico en interpreteren stikstofregels zo strikt mogelijk. Dat wordt mede veroorzaakt door een gebrek aan (juridische) kennis. De overheid doet al haar best om, onder andere met hulp van de vliegende brigades van het interbestuurlijke Programma Aanpak Stikstof, kennis te delen en deskundigheid te vergroten.
Nieuwe coalities
De sector laat merken hier ook graag een bijdrage aan te willen leveren. Zo ook Ellen Masselink, directeur strategic partnerships bij BAM. Ze is blij dat deze bijeenkomst is georganiseerd en kijkt vooral vooruit. ‘Wij willen zeker actief kennis brengen, daar waar het gewenst is. Dat zal absoluut versterkend werken, alleen al omdat we vanuit een ander perspectief denken.’ Hoewel de bouw in vergelijking met bijvoorbeeld de landbouw slechts zeer beperkte invloed heeft op de totale stikstofuitstoot, is Masselink niet van plan om met de vinger te wijzen. ‘Wij moeten gewoon naar onszelf kijken. Behalve het verduurzamen van ons materieel, kunnen we wellicht nieuwe coalities vormen en bijvoorbeeld gaan samenwerken met natuurorganisaties.’
Flexibiliteit
Hulp van elkaar is daarbij beslist gewenst. Zo hoopt Blom dat de sector wat vaker zelf binnen een project inventariseert wat nog wel kan: ‘Doe daar onderzoek naar, ga bijvoorbeeld via een ecologische voortoets of een ADC-toets aan de slag.’ Masselink op haar beurt zou het toejuichen als Rijkswaterstaat in deze situatie de aanbeveling uit het whitepaper over de toekomst van de bouw (het zogenoemde McKinsey-rapport) zou overnemen om bij tenders een zogeheten ‘twee-fasen-proces’ in te voeren die de ontwerp-, prijsvormings- en uitvoeringsfase loskoppelt. ‘Daardoor kunnen we doorwerken tijdens deze impasse en is er meer flexibiliteit om naar oplossingen te zoeken. Daarnaast denk ik dat het zou helpen wanneer het ministerie van IenW en Rijkswaterstaat hun focus tijdelijk verleggen naar Vervanging en Renovatie en Beheer en Onderhoud, aangezien deze projecten gemakkelijker binnen de normen van de stikstofuitstoot lijken te blijven.’
Werkbare norm
Naast de stikstofproblematiek wordt er tijdens de stakeholdersbijeenkomst ook veel aandacht gevraagd voor PFAS. Door onduidelijkheid over de geldende PFAS-normen zijn veel projecten stilgevallen. ‘Ik ben het er helemaal mee eens dat we iets aan PFAS moeten doen’, stelt Lokkerbol. ‘Het is troep en moet het milieu uit. Daarom wil ik een werkbare norm voor PFAS, zo snel mogelijk. Vergeet niet dat de algehele waterveiligheid in gevaar komt als er bijvoorbeeld lang niet mag worden gebaggerd.’
Positieve indruk
Zonder de acute, immense problemen te bagatelliseren, heerst er na afloop van de bijeenkomst tevredenheid. Van tevoren was al duidelijk dat de materie te complex is voor hapklare oplossingen. Bovendien zijn mogelijke maatregelen nog volop in ontwikkeling. Blijft over de positieve indruk dat de sector er niet alleen voor staat, dat het ministerie van IenW en Rijkswaterstaat de urgentie ook voelen en samen met de markt willen optrekken. Zodat Nederland, met aandacht voor natuurherstel, in beweging blijft. ‘We gaan nu, zeker dit jaar nog, samen verdere stappen zetten’, blikt Blom in de nabije toekomst. Om dat te bevestigen wordt de ochtend afgesloten met de mededeling dat IenW en Rijkswaterstaat op korte termijn een tweede stakeholdersbijeenkomst gaan organiseren.