Voor de ontwikkeling van het prijswinnende scheepvaartinformatiesysteem IVS Next koos Rijkswaterstaat een nieuwe aanpak zonder vooraf de gewenste functionaliteit in detail te specificeren. Met adviesorganisatie ICTU werd geleerd om cyclisch te werken en is een eigen ontwikkelstraat opgezet. IT-leverancier Technolution helpt met specifieke kennis over trajectplanning. ‘We zijn oprecht blij met deze manier van samenwerken.’
Een van de taken van Rijkswaterstaat is het verkeersmanagement van de binnenvaart. Kort gezegd: zorgen dat schepen veilig en vlot kunnen reizen. Daarvoor is het van belang om bruikbare informatie aan te leveren bij schippers, brugmeesters, sluiswachters en samenwerkingspartners, zoals havenbedrijven, provincies en waterschappen. Dat doet Rijkswaterstaat met het Informatie en Volgsysteem Scheepvaart (IVS). Het oude systeem is in de jaren ’90 ontwikkeld en was hoognodig aan vernieuwing toe. De opvolger heet – heel toepasselijk – IVS Next.
Voorspelbaar maken
Michiel Engelsman, programmamanager bij Rijkswaterstaat, legt uit dat Rijkswaterstaat met IVS Next de stap maakt van lokale dienstverlening naar begeleiding over complete corridors, bijvoorbeeld van Rotterdam naar Duitsland. ‘We kijken niet alleen wanneer een schip aankomt bij de eerstvolgende sluis, maar maken de hele reis voorspelbaar. IVS Next helpt om passages bij sluizen en bruggen efficiënt te plannen, de bezetting van ligplaatsen handig te registreren en incidenten zoals aanvaringen te managen. Dankzij de transponders aan boord van schepen weet het systeem altijd welk schip waar is. Bovendien is geregistreerd hoeveel mensen er aan boord zijn en welke lading zij vervoeren.’
Nieuwe werkwijze
Voor de bouw van het systeem is een nieuwe werkwijze gekozen. ‘Vooraf hebben we alleen op hoofdlijnen afgesproken welke functionaliteit er moest komen’, vertelt Engelsman. ‘De details wilden we gaandeweg invullen, op basis van voortschrijdend inzicht. Het gevolg was dat de aanbesteding van het project lastig was, omdat je daarvoor een opdracht moet specificeren. Daarom hebben we besloten een zogeheten inbesteding te doen en samen te werken met ICTU, een andere overheidspartij.’ Hugo Butter, ICTU-procesmanager, verduidelijkt: ‘ICTU is een overheidsstichting die andere overheden ondersteunt bij ICT-projecten. Bij IVS Next hebben we geholpen met het ontwikkelen van software via de agile-methode SCRUM in combinatie met een projectmatige aanpak. Dat was nieuw voor Rijkswaterstaat.’
Over IVS Next
Het Informatie- en Volgsysteem voor de Scheepvaart (IVS Next) is bestemd voor alle schepen die gebruikmaken van de Nederlandse hoofdvaarwegen, maar richt zich met name op de binnenvaart. Door middel van IVS Next registreert een schipper zijn scheeps- en ladingsgegevens eenmalig. Na aanmelding bij een IVS-post blijven de relevante gegevens langs de hele vaarroute beschikbaar. De gegevens van een schip hoeven hiermee dus niet telkens opnieuw te worden doorgegeven. Dit bevordert een snelle gang van zaken bij sluizen, bruggen en verkeersposten. Gevolg is dat schippers op schema varen en hun lading op tijd kunnen afleveren.
Vaste prijs
Bijzonder is dat er met Technolution uiteindelijk toch een marktpartij bij het project aansloot. Dit bedrijf werkte eerder als aannemer voor het Rijkswaterstaatproject VerkeersCentrale van Morgen. Mike Fafieanie, projectmanager bij Technolotion, vertelt dat Technolution voor dat project een proof of concept van een trajectplanner maakte. ‘Vervolgens kregen we de vraag om deze uit te werken als module voor IVS Next. We hebben een inschatting gemaakt van de functionaliteit en de tijd die hier grofweg voor nodig is. In het contract hebben we een vaste prijs afgesproken per storypoint – een maat voor de hoeveelheid werk om een bepaalde functionaliteit te realiseren. De items op de wensenlijst voeren we op volgorde van prioriteit uit. Hiervoor gebruiken we de MoSCoW-methode: eerst de Must-haves en de Should-haves, als er tijd over is de Could-haves en eventueel de Would-haves.’
Veel flexibiliteit
Softwareontwikkelaar Wilco Wisse van Technolution stelt dat deze manier van werken veel flexibiliteit biedt. ‘Je kunt gemakkelijk bijsturen als de scope of de prioriteiten anders komen te liggen dan vooraf gedacht. Door de korte cycli komen fouten bovendien snel aan het licht.’ Fafieanie vult aan: ‘Het voelt misschien als vrijheid blijheid, maar er is continu interactie met de opdrachtgever. Die weet daardoor beter wat er al gedaan is en hoe goed het werkt. Nog mooier is dat Rijkswaterstaat op deze manier ook ontdekt wat er verder nog moet worden ontwikkeld.’ De onzekerheid vooraf vraagt volgens Fafieanie wel om een vertrouwensrelatie. ‘Wat dat betreft is het een voordeel dat we al tien jaar samenwerken met Rijkswaterstaat en een ervaren team hebben op het gebied van scheepvaartverkeersmanagement. We zijn oprecht heel blij met deze manier van samenwerken en trots dat we als eerste marktpartij meewerken in de nieuwe ontwikkelstraat van Rijkswaterstaat. Omdat die straat al goed is ingericht, kunnen wij doen waar we goed in zijn: mooie, robuuste software bouwen.’
Meegroeien met het systeem
De nieuwe ontwikkelstraat is het vervolg op de zogeheten continuous delivery pipeline die Rijkswaterstaat en ICTU samen opzetten. Butter: ‘Dankzij de pipeline gaan we snel en automatisch van ontwikkeling naar test, acceptatie en productie. Na elke sprint volgt meteen een nieuwe release van het systeem. Dat heb ik binnen de overheid op deze schaal nog niet eerder meegemaakt. Het helpt ook sterk bij de overgang van een oud systeem – waar mensen al bijna dertig jaar mee werken – naar een nieuw system.’ Butter stelt dat er veel aandacht is voor gebruiksvriendelijkheid. ‘Rijkswaterstaat heeft bijvoorbeeld regelmatig overleg met expertteams onder leiding van een zeer professionele product-owner. Bovendien groeien de eindgebruikers met het systeem mee. En dat is een knappe prestatie.’ Hij legt uit dat een van de doelstellingen van ICTU kennisoverdracht is. ‘We zijn dan ook trots dat Rijkswaterstaat nu zelfstandig verder kan met de ontwikkelstraat. Uiteraard hebben we wel een groeiproces doorlopen, met vallen en opstaan. We moesten bijvoorbeeld wat cultuurverschillen overbruggen. Dat hebben we opgelost door verwachtingen duidelijker uit te spreken, strikte afspraken te maken en helder aan te geven wat wel en niet kan.’
Erkenning voor modernisering
De gekozen aanpak bleek zeer succesvol. ‘We zijn binnen budget gebleven en hebben het systeem in één dag tijd over 130 locaties uitgerold’, aldus Engelsman. ‘Dat ging vrijwel vlekkeloos, omdat we de gebruikers en beheerders goed hebben meegenomen in de ontwikkelcycli.’ Om de kwaliteit te waarborgen, heeft Rijkswaterstaat de Software Improvement Group (SIG) ingeschakeld. Engelsman vertelt dat het resultaat is dat certificeringsinstantie TÜV IVS Next met vier sterren heeft gekwalificeerd bij de 35% best onderhoudbare systemen. Bovendien is de beheerlast van IVS Next 30% lager dan bij het oude systeem. ‘Voor deze moderniseringsslag heeft SIG ons tijdens hun internationale symposium de Legacy Modernizer Award uitgereikt. Met de ontwikkelstraat willen we dit succes graag doorzetten en uitbreiden naar andere domeinen, zoals wegbeheer en asset management.’
Nieuwe samenwerkingsvormen
Volgens Engelman vraagt werken vanuit een eigen ontwikkelstraat om een andere samenwerking met marktpartijen. ‘Ik zie vier mogelijkheden. Ten eerste kunnen we individuele ontwikkelaars betrekken bij een product. Zo werkt ICTU bijvoorbeeld ook: een kleine ambtelijke schil heeft de regie, maar voor de uitvoering zoeken ze mensen van buiten met de juiste competenties voor een bepaalde opdracht. Zulke mensen kunnen een contract voor langere termijn krijgen, zodat een team kennis beter kan opbouwen en vasthouden, zowel op IT-gebied als voor het toepassingsdomein. De tweede manier is om samen te werken met overheidspartijen, zoals ICTU. Dat doen we inmiddels ook met het Rijks ICT Gilde. Ten derde kunnen we IT-leveranciers via een aanbesteding vragen om een team te leveren dat bij ons in de ontwikkelstraat komt werken. En tot slot kunnen we zo’n leverancier een opdracht gunnen die ze bij hen op kantoor uitwerken, maar wel met behulp van onze ontwikkelstraat. Dat laatste doen we nu met Technolution. Het voordeel daarvan is dat zij specifieke kennis inbrengen.’
Rust en zekerheid
In alle gevallen geldt volgens Engelsman dat met de nieuwe aanpak vooraf niet precies duidelijk is wat er uiteindelijk wordt opgeleverd. ‘Daar moeten we aan wennen. Ook vraagt het om een nieuwe manier van besluitvorming en sturing op functionaliteit. Tegelijkertijd geeft het ons veel flexibiliteit. Ook zijn we vooraf minder tijd kwijt aan voorbereiding en hoeven we achteraf minder te evalueren. Dat komt omdat we tijdens de ontwikkeling al continu monitoren en op basis daarvan verbeteren. Onze inspanning is daarmee ook beter verdeeld over het hele proces. Daarnaast levert het minder contractdiscussies op over bijvoorbeeld meerwerk, omdat we tijdens de ontwikkeling steeds met elkaar afstemmen en prioriteiten aangeven. Al met al geeft de nieuwe aanpak rust en zekerheid voor alle partijen.’