De Kreekraksluizen hebben een bijzonder mechanisme: de enorme sluisdeuren van de Kreekraksluizen worden met dikke kabels opgetild tussen twee heftorens. Afgelopen zomer verving Rijkswaterstaat in de oostkolk van de Kreekraksluizen twee hefdeuren, de haal- en omloopkabels en de veerbuffers. Daarnaast werd er onderhoud uitgevoerd aan de elektromotoren, de deurgeleidingen en de kolkwanden. Een indrukwekkend gezicht en een immense klus. Boven en onder water.
In gesprek met Corné van Stee, technisch manager en Paul van Westen, omgevingsadviseur, die samen terugkijken op de werkzaamheden.
Wisseldag
Tijdens de hele periode werd er op verschillende plekken gelijktijdig gewerkt. De wisseling van de hefdeuren was het toppunt van dit project. ‘Op zo’n moment komt veel samen’, vertelt Paul enthousiast. Corné vult direct aan: ’Alle partijen waren betrokken. Natuurlijk verschillende collega’s van Rijkswaterstaat, maar ook van de hoofdaannemer, meerdere onderaannemers en de scheepvaartbegeleiding.’
’Dit gebeurde niet alleen bij de sluis zelf, maar ook buiten de kolk: de deur lag in de dienstenhaven en is daarna op een ponton gelegd en aan de remmingsconstructie (de wachtplaats) voor de sluiskolk gelegd. Hierdoor werd de vaarweg ook nauwer. Voor het schutproces en de doorvaart was dit een spannend moment’, vertelt Paul verder.
Corné: ‘Ondertussen was de andere sluiskolk, de westkolk, continu in gebruik. De bewegingen van het vaarverkeer daar hielden we ook continu goed in de gaten. Tijdens de stremming van de oostkolk hebben we in de westkolk gelukkig bijna geen storingen gehad, dus konden we via deze kolk alle scheepvaart schutten.’
Vieren
Corné: ‘Die eerste dag is gewoon heel goed gegaan. Wat zich voordeed werd direct opgelost, langer doorwerken was voor niemand een probleem. De tweede dag hebben we dit ook met elkaar gedeeld. En gevierd met vijftig bolussen bij de koffie. Want zoveel mensen zijn er aan het werk. En ieder klein dingetje dat iemand uitvoert op locatie, heeft direct impact. Met elkaar moet je daarom alles goed analyseren, kunnen reageren en beslissen. En dus ook samen vieren.’
Onzichtbaar werk
Cijfers van de oostkolk
320 meter lang
24 meter breed
2 sluisdeuren
Hoge deur (noordzijde): 12 meter hoog en 170 ton zwaar
Lage deur (zuidzijde): 9 meter hoog en 140 ton zwaar
Conserveerwerk: opgebouwd uit 5 lagen verf
7 weken, 20 uur op een dag conserveerwerk
Ongeveer 2 strekkende kilometers conserveerwerk (stalen randen, haalkommen, bolders, etc.)
Corné vertelt verder: ‘Alle werkzaamheden hangen met elkaar samen en zijn allemaal belangrijk. Dat maakt het gehele project zo interessant. Het wisselen van de deuren was nodig omdat conserveren nodig was. Wil je de deuren veilig blijven gebruiken, dan moet je ook de kabels verwisselen. Deze waren einde levensduur. Het noodzakelijke onderhoud aan de elektromotoren, het conserveren van de deurgeleidingen en het wisselen van veel slijtagegevoelige onderdelen hebben we in deze klus ook meegenomen. Niet alleen de wisseling van de enorme sluisdeur was dus nodig. Ook het minder zichtbare werk is onmisbaar.’
‘Conserveren is simpel gezegd verven’, vervolgt hij. ‘Maar eenvoudig is het zeker niet; van de hele kolk is ieder stukje staal gestraald en vervolgens in vijf lagen verf weer opgebouwd. Inclusief alle droogtijd tussendoor zijn we met elk stukje een week bezig geweest. Schippers die vaak door deze sluis varen, gaan zeker het verschil wel zien.’
Vaarwegen over de grenzen heen
Voor omgevingsadviseur Paul was het vooral spannend hoe de scheepvaart zou reageren en acteren op de werkzaamheden. ‘In het aanlooptraject hebben we partijen zo goed mogelijk meegenomen en de werkzaamheden aangekondigd. Het spannendste moment was de eerste week’, zo vertelt hij. ‘Scheepvaart vanuit België kiest ter hoogte van Luik of het via Limburg of door Vlaanderen verder noordwaarts vaart. Helaas had vanaf 12 augustus ook het Julianakanaal in Limburg te maken met stremming. Dus naast dat we maar één kolk ter beschikking hadden, verwachtten we ook extra omvaarverkeer. Daarom hebben we langs de vaarweg extra veel gecommuniceerd en hebben we over de grenzen heen gekeken met het plaatsen van informatieborden. We wilden zorgen voor een zo vlot mogelijke doorvaart en hebben daarom extra scheepvaartbegeleiding ingezet. We kregen het beeld dat onze boodschap was geland: vaarverkeer wist dat er stremming was. Dit neemt niet weg dat de wachttijden op gezette tijden fors zijn opgelopen. De nautisch operators, de mannen en vrouwen die de sluizen bedienen vanuit de centrale verkeersleiding, hebben een topprestatie geleverd om dit allemaal in goede banen te leiden. We mogen tevreden zijn!’
Het onderhoud aan de oostkolk vond plaats van 5 augustus tot en met 27 september. Volgend jaar is de westkolk aan de beurt, medio mei tot en met juli 2025.
Hoe werkt het?
De Kreekraksluizen hebben hefdeuren. Om te kunnen schutten, moeten de deuren omhoog. De deuren hangen daarom aan zogenaamde omloopkabels. Deze lopen via een omloopwiel en zitten aan het contragewicht die door de torens heen lopen. De contragewichten zitten aan de haalkabels, die worden getrokken door elektromotoren en worden op spanning gehouden met veerbuffers.