Probe Vehicle Data (voertuigdata) is informatie die afkomstig is uit voertuigen (auto’s, vrachtwagens, bestelwagens). Het gaat om informatie over bijvoorbeeld het opblazen van een airbag, het activeren van ruitenwissers of het slippen van banden. Met deze informatie kunnen we op nieuwe manieren de conditie van het wegdek meten. Als bijvoorbeeld de wielen blokkeren en de ruitenwissers aanstaan, dan weet je dat het glad is. Deze informatie komt – na toestemming van de automobilist – in eerste instantie terecht bij de autofabrikanten of leasebedrijven. Met inachtneming van de privacywetgeving kunnen zij deze data weer delen met andere partijen, zoals wegbeheerders. Zo kunnen we onveilige situaties voorkomen.
“Ik denk dat voertuigdata, waaronder Road Monitor (RoMo), ons heel erg gaat helpen om goed in te spelen op de vraag hoe de weg er echt bij ligt”, vertelt Nienke Bagchus, directeur Netwerkmanagement, Rijkswaterstaat West-Nederland Noord. “Momenteel krijgen we 1x per jaar allerlei data over de stroefheid van onze wegen. Op basis hiervan plannen we het onderhoud in. Met voertuigdata ga je naar dagelijkse monitoring. Als bijvoorbeeld blijkt dat het asfalt glad is, kunnen we direct een lager snelheidsadvies geven in bochten die op dat moment te glad zijn.”
“Voertuigdata gaan ons ook helpen bij het dagelijkse beheer en onderhoud (assetmanagement) van onze infrastructuur. Zo willen we de voertuigdata gebruiken voor wat we noemen Voorspelbaar Onderhoud. Hiermee kunnen we, zo is de verwachting, plotselinge schades tijdig waarnemen en onderhouden. ”
Voertuigdata gebruiken om de staat van de weg beter te voorspellen
Door voertuigdata te combineren met eigen data kunnen we bijvoorbeeld winterse gladheid effectief bestrijden, incidenten en storingen lokaliseren en beter voorspellen hoe onze wegen erbij liggen. ‘Data’ is daarmee niet langer een (toevallig) ‘bijproduct’ van onze werkzaamheden, maar een kerntaak. Het maakt onderdeel uit van de smart mobility-ambities van Rijkswaterstaat.
“Hier zitten echt enorme voordelen in. We willen nóg meer doen met de data die we hebben. Dit geldt voor onze ‘eigen’ data (zogenaamde SCADA-data: Supervisory Control And Data Acquisition), maar ook om voertuigdata die we inkopen bij de autofabrikanten. Dit moeten we gewoon doen. We vragen namelijk heel veel van onze infrastructuur, onze bruggen en viaducten. Met data kun je op tijd afwijkingen constateren en ingrijpen. Deze informatie hebben we echt keihard nodig om onze onderhoudsopgave te realiseren.”
“De voertuigdata zijn er dus, maar je moet die data ook kunnen gebruiken in je werk. Het moet vertaald worden naar bruikbare informatie. Dat is één kant. De andere kant is dat we ons werk daarop aan moeten passen. Dat heeft tijd nodig. Net als een olietanker duurt het een tijd voordat de hele onderhoudsstrategie is omgeturnd, want ondertussen gaat het dagelijks beheer en onderhoud gewoon door.”
Meer databronnen
Hier leggen we de nadruk op Probe Vehicle Data, oftewel data uit het voertuig zelf. Maar er zijn meer databronnen die kansen bieden om mobiliteit slimmer te maken. Denk bijvoorbeeld aan Floating Car Data: data uit apparaten die zich in het voertuig bevinden, zoals mobiele telefoons en navigatiesystemen. Andere voorbeelden zijn informatie uit satellieten of drones. Door deze informatiebronnen te combineren én makkelijk toegankelijk te maken in een overall beheersysteem, kunnen we de verkeersveiligheid en leefbaarheid nog verder vergroten.
Nieuwe partijen zorgen voor extra informatie voor weggebruikers. Zij krijgen daarmee een belangrijke rol in het begeleiden van het verkeer. Het werk van de wegbeheerders verandert ook hierdoor. Van puur uitvoerend gaan ze naar verkeersbegeleiding op meer tactisch en strategisch niveau.
“Om Smart Mobility tot een succes te maken, is samenwerking essentieel. De wegbeheerders, de markt, het Landelijk Verkeersmanagement Beraad (LVMB), de Smart Mobility Community en Rijkswaterstaat; we hebben elkaar nodig om voertuigdata (Road Monitor) onderdeel van de systemen te maken. We doen het echt samen!”
“Uiteindelijk doen we het voor diegenen die op de weg zitten. Onze gebruikers willen we zo veilig en zo vlot mogelijk verplaatsen van A naar B. ‘Veilig’ betekent ook veiligheid voor de mensen die op de weg werken. Ook dit willen we zo slim mogelijk doen. Voertuigdata zijn hierin maar een klein schakeltje, maar het is wel een heel belangrijk onderdeel. Gepland in de file staan is al niet fijn. Maar ongepland in de file staan is gewoon vervelend. Het motto voor de komende tijd is daarom: ‘Data nóg slimmer inzetten.’ Uiteindelijk leidt dit ertoe dat we minder ongeplande storingen hebben én dat we veiliger werken.”
Efficiënt, veilig en duurzaam reizen met Smart Mobility
Rijkswaterstaat wil door inzet van slimme mobiliteitsontwikkelingen, de (vaar) weggebruiker nu en in de toekomst efficiënter, veilig en duurzaam van deur tot deur laten reizen.