Grondverzet overal in Nederland
Grondverzet is overal in Nederland aan de orde van de dag. We investeren daarom voortdurend in de verbetering van de regelgeving en de kennis over grondverzet (graven, saneren, toepassen, reinigen en storten). Gezien het belang van een vitale bodem voor veilig gebruik van de bodem en de bijdrage van de bodem aan maatschappelijke opgaven is het noodzakelijk om zorgvuldig om te gaan met grondverzet. Recente incidenten laten zien dat het op peil houden van kennis, zowel voor de ondersteuning van het Rijk als decentrale overheden vanuit een optiek van uitvoering en toezicht, noodzakelijk is. Hoewel de Omgevingswet een andere structuur heeft, zijn de regels voor grondverzet straks op hoofdlijn ongewijzigd.
Bereikte hoofddoelen en resultaten
In 2018 is een omvangrijke actualisatie van de Regeling bodemkwaliteit in werking getreden. In die regeling is de zorgplicht op het gebied van plastics in grond nader geconcretiseerd en is het uitvoeren van vooronderzoek steviger geborgd. Dat geeft belangrijke aangrijpingspunten voor zorgvuldig grondverzet. De regels voor hergebruik van grond, bagger en bouwstoffen zijn omgezet naar het ontwerp-Aanvulingsbesluit bodem dat in 2018 in consultatie is gebracht. Daarnaast leverde Bodem+ vraaggestuurde advisering over bodembescherming, bodemsanering en bodembeheer in (regionale) uitvoering. Ook hebben we een bijdrage geleverd aan kamervragen en beleidsbrieven op de dossiers diepe plassen, thermisch gereinigde grond, PFAS, kunstgrasvelden en de grondaffaire Vink Barneveld.
Geleverde hoofdproducten
De wijziging van de Regeling bodemkwaliteit is in twee delen gesplitst en eind november 2018 in werking getreden. Met deze wijziging is de borging van goed vooronderzoek versterkt. Ook wordt nu duidelijker geborgd dat in grond en baggerspecie die wordt toegepast slechts sporadisch plastic mag voorkomen. Daarnaast zijn belangrijke actuele versies van normdocumenten aangewezen op het gebied van vooronderzoek, samenvoegen, grondbanken en grondreinigers. Hierdoor neemt de betrouwbaarheid van bodemonderzoeken en milieuverklaringen toe. Hiermee wordt een gedeeltelijk antwoord gegeven op de berichten waarbij grondverzet negatief in het nieuws is gekomen. Het werk aan het verbeteren van de regels voor grondverzet en de kennisbasis draagt daarmee bij aan het noodzakelijke vertrouwen in goede omgang met bodemkwaliteit in Nederland.
Samen met de ILenT, diverse overheden en het bedrijfsleven inventariseerden we de correlatie tussen de aanwezigheid van puin in de bodem en het aantreffen van asbest. Dat deden we naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State over de mogelijke aanwezigheid van asbest in ongeclassificeerd puin. De inventarisatie leverde een database op die in 2018 in opdracht van Bodem+ door TNO is geanalyseerd. In de zomer van 2018 zijn de resultaten daarvan gepresenteerd op een drukbezocht congres. Op basis van de input uit die bijeenkomst en de analyse wordt gewerkt aan een voorstel voor gerichtere inzet van onderzoek naar asbest in puin. Het voorstel wordt in 2019 verwacht.
Daarnaast droeg Bodem+ verantwoordelijkheid voor zowel het beheer van de applicatie BoToVa (Bodem Toets en Validatieservice) als voor het beheer en de uitvoering van de Meldkamer bodemkwaliteit.
Op het dossier PFAS (Per Fluor Alkyl Stoffen) boden we ondersteuning bij het opstellen en presenteren van het handelingskader dat door het Expertisecentrum PFAS is uitgebracht. Veel informatieverstrekking van Bodem+ verliep via de website, publicatie van nieuwe en actualisatie van huidige veelgestelde vragen (FAQ’s) en vraagbeantwoording via de bodemhelpdesk. Daarnaast gaven we op verzoek adviezen aan decentrale overheden.