Rijkswaterstaat waakt over de waterkwaliteit in Nederland. Door vergunningen uit te geven, maar vooral door regelmatig te controleren. Voor die laatste taak is het RWS Laboratorium onmisbaar. Hier nemen experts van de Centrale Informatievoorziening (CIV) elke dag ons water onder de loep. Vorig jaar werd de accreditatie van het laboratorium verlengd, waarmee het voldoet aan de hoogste eisen.
Het is belangrijk dat het laboratorium helemaal bij is als het gaat om de nieuwste kwaliteitscriteria. Het lab heeft immers een belangrijke taak: de analyse van de grote oppervlaktewateren. Daartoe zijn er 2 vaste meetpunten. Bij Eijsden en bij Lobith controleren we voortdurend het water van de Rijn en de Maas. Maar ook bij de andere grote plassen en rivieren houden we de vinger aan de pols met regelmatige monitoring.
Achterhalen wie verantwoordelijk is voor een olievlek
Rijkswaterstaat ziet er ook op toe dat bedrijven niet meer stoffen lozen dan ze in hun vergunningen met ons afspraken. Dat betekent gericht monsters nemen van het oppervlaktewater in de buurt van deze bedrijven. “En dan zijn er nog de incidentele controles die worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld als collega’s bij projecten willen weten of er bijvoorbeeld een stof als PFAS in het water zit,” vertelt Wubbo Wilts, kwaliteitsfunctionaris van het RWS Laboratorium.
Zo wordt de expertise van het laboratorium wel eens gevraagd bij olielozingen (op zee en in de rivieren). Met speciale analysetechnieken kan vaak achterhaald worden welk schip verantwoordelijk is geweest voor een olielozing. Alles bij elkaar vormen al die geplande en ongeplande analyses een hoop werk voor het laboratorium. Een deel van de wateranalyses wordt dan ook uitgevoerd door externe laboratoria zoals die van Deltares, OMEGAM of AL-West, het laboratorium van Rijkswaterstaat controleert dan de kwaliteit van de geleverde data.
Al 20 jaar erkenning
Met het verlengen van de accreditatie voldoet het laboratorium weer aan de hoogste eisen op het gebied van risicomanagement en procesvoering. Met de accreditatie zegt de zogenoemde Raad van Accreditatie (RvA) feitelijk dat het lab goed is toegerust om de belangrijke wateranalyses uit te voeren. “Die erkenning hebben we al ruim 20 jaar. We werken er het hele jaar aan en het is mijn dagelijkse taak de kwaliteit in de gaten te houden. Er gaat dus veel tijd en aandacht in zitten”, vertelt Wubbo.
Risico’s in beeld
Het belangrijkste aan de laatste accreditatie, ISO 17025, is risicobeheersing. Wubbo en zijn collega’s moesten een risicoregister samenstellen waarin ze alle mogelijke risico’s van het laboratorium in kaart brengen. Ook moeten ze duidelijk maken hoe ze deze ondervangen en waar de verantwoordelijkheden liggen. “Bij risico’s moet je denken aan bijvoorbeeld achterstallig onderhoud aan de zuurkast of het niet maken van back-ups,” vertelt Wubbo.
Naast deze nieuwe toevoeging moeten de laboranten opnieuw aantonen dat documentatie actueel is en ze de juiste procedures volgen. Zo moet elk monster goed beschreven worden. “Ook moet elk monster met een zogenoemd referentiemonster worden getoetst om er zeker van te zijn dat de analyse klopt.”
Rijkswaterstaat lab zit er bovenop
Het behalen van de nieuwe accreditatie is best een reden tot trots, want nog niet veel laboratoria voldoen aan de nieuwe criteria. Rijkswaterstaat hoort dus bij de koplopers. “Het is heel simpel: als je het continu bijhoudt, zoals wij, dan is het allemaal goed te doen. We werken hier het hele jaar aan en houden regelmatig interne audits om te zien hoe we er voor staan.” Ook senior adviseur van het laboratorium Henk Zemmelink is blij met de accreditatie. “RWS is de autoriteit in Nederland als het gaat om waterkwaliteit. Onze opdrachtgevers moeten er dan ook blindelings op kunnen vertrouwen dat onze analyses in orde zijn. Dankzij de accreditering kunnen we dit garanderen. Het lab werkt er vervolgens kei hard aan om het vertrouwen waar te maken.”
Steeds meer plastic en medicijnresten onder de loep
De stoffen waarop laboranten in het RWS Laboratorium het water analyseren, verandert regelmatig door nieuwe inzichten. Meer en meer onderzoeken laten bijvoorbeeld zien dat microplastics gevaarlijk kunnen zijn voor mensen en dieren. Hoeveel van deze minuscule plastic deeltjes (kleiner dan 5 millimeter) stromen er eigenlijk door de rivieren? Om dat te achterhalen is in 2020 een begin gemaakt met een monitoringprogramma. Daarnaast heeft het analyseren van het oppervlaktewater op medicijnresten steeds meer prioriteit.