Hoe veilig zijn de normen voor geluidoverlast die gehanteerd worden in infrastructuurprojecten? Naar aanleiding van nieuwe geluidrichtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) concludeerde het RIVM afgelopen juni dat de huidige normen omwonenden te weinig beschermen tegen gezondheidsschade. Geluidspecialist Renez Nota van WVL licht deze geluidsontwikkelingen toe.

De WHO publiceerde in 2018 nieuwe richtlijnen voor geluid. Zo beveelt de WHO nu aan dat wegverkeer niet meer dan 53 decibel zou mogen veroorzaken bij woningen. Treingeluid is volgens de WHO vanaf 54 decibel schadelijk voor de gezondheid. Voor vliegtuigen en windmolens geven de richtlijnen aan dat die grens nog lager ligt, op 45 decibel.

Renez Nota
Renez Nota

Gezondheidsschade

Het RIVM publiceerde afgelopen juni een rapport over de bevindingen van de WHO. De conclusie is dat de huidige dosis-effectrelaties, waarvan de geluidnormen zijn afgeleid, achterhaald zijn. Omwonenden rondom geluidbronnen ondervinden zodanig hinder en slaapverstoring dat dit gezondheidsschade veroorzaakt. Dit komt voor bij lagere geluidniveaus dan tot nu toe werd aangenomen. Volgens het RIVM zijn de WHO-adviezen aanleiding om de Nederlandse geluidnormen opnieuw tegen het licht te houden en bieden ze de minister mogelijkheden om het geluidbeleid te versterken.

VOICE-OVER: Nederland is klein en met bijna 17 miljoen inwoners, 3.000 kilometer aan rijkswegen en zo'n 10 miljoen auto's en vrachtwagens is het ook behoorlijk druk.
Al dat verkeer op de rijksweg produceert geluid.
Dat kunnen we niet voorkomen, maar wel beheersen.
Hoeveel geluid maakt verkeer nu eigenlijk?
Een gemiddelde rijksweg produceert al gauw 70 decibel.
Dat is vergelijkbaar met het geluidsniveau van een stofzuiger of scheerapparaat.
Maar die apparaten kun je uitzetten, een rijksweg niet.
Dat geluid gaat de hele dag door en kan bij omwonenden leiden tot geluidsoverlast.
De overheid beschermt ons tegen geluidshinder door verkeer.
Hoe? Dat is vastgelegd in de Wet milieubeheer.
Hierin staat dat Rijkswaterstaat bij het wijzigen, aanleggen en onderhouden van rijkswegen altijd in de gaten houdt of het geluid er binnen de vastgestelde grenzen blijft.
Maar wanneer wordt de grens overschreden?
Langs de Nederlandse rijkswegen zijn er bijna 60.000 virtuele referentiepunten met ieder een eigen geluidgrens.
Die grens noemen we het geluidproductieplafond.
De plafonds staan in het geluidregister dat is geïntroduceerd in hoofdstuk 11 van de Wet milieubeheer.
Elk jaar berekenen we of het geluidsniveau binnen de gestelde grens blijft.
Om te controleren of de rekenmethode een goed beeld geeft van de werkelijkheid voert het onafhankelijke RIVM metingen en onderzoeken uit.
We berekenen bij al die duizenden referentiepunten het geluidsniveau.
Er wordt gerekend en niet gemeten, omdat rekenen zeker in toekomstige situaties, een beter inzicht geeft in het geluidsniveau.
Door de berekeningen ieder jaar te doen, zorgen we ervoor dat we op tijd weten waar de geluidplafonds in de toekomst overschreden worden.
Bereiken we op korte termijn toch de vastgestelde grens dan nemen we maatregelen.
Het liefst door de bron van het geluid aan te pakken, met stiller asfalt bijvoorbeeld.
Wanneer dit niet voldoende is, kunnen we eventueel een geluidsscherm plaatsen.
Voor alle maatregelen geldt dat we eerst nagaan of ze de geluidsoverlast voldoende beperken.
Soms blijkt dat een maatregel te veel geld kost voor wat het oplevert.
Dan bedenken we een andere oplossing.
Het komt weleens voor dat geen enkele maatregel voldoende is om onder het geluidproductieplafond te blijven of dat alle opties te veel geld kosten voor wat ze opleveren.
Dan onderzoekt het ministerie of het geluid- productieplafond kan worden verhoogd.
Het ministerie gaat dan na of alle opties zorgvuldig zijn overwogen en of verhoging van het geluidproductieplafond acceptabel is.
Wanneer het geluidproductieplafond wordt verhoogd kan de geluidsbelasting op de gevel van een woning toenemen.
Voor deze geluidsbelasting geldt een maximum.
Als uit onderzoek blijkt dat de maximaal toegestane geluidsbelasting op de gevel wordt overschreden, gaan we de woning isoleren.
Een ander belangrijk onderdeel van de geluidwetgeving vormt het terugbrengen van te hoge geluidsbelasting op woningen langs het rijkswegennet. Daarom onderzoeken we eenmalig de geluidsbelasting op de gevel van de woningen waar dat nog niet eerder is gedaan.
Blijkt dat de geluidsbelasting op de gevel de norm overschrijdt dan stellen we geluidbeperkende maatregelen voor.
Zo werkt Rijkswaterstaat aan minder geluidsoverlast door wegverkeer in Nederland en vergroten we de leefbaarheid rondom de rijkswegen in ons land.
Meer weten? Www.rijkswaterstaat.nl.

(Het Nederlandse wapenschild met daarnaast: Rijkswaterstaat. Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het beeld wordt geel met wit. Beeldtekst: Meer informatie? Kijk op rijkswaterstaat.nl/geluid. Een productie van Rijkswaterstaat. Copyright 2018.)

Verhoogde bloeddruk

De relatie tussen ziektebeeld en geluidsniveaus is volgens Renez Nota niet nieuw. ‘De huidige normen zijn ook gebaseerd op dosis-effectrelaties van geluid’, zegt hij. ‘Maar in het wetenschappelijk onderzoek van de WHO is voor het eerst deze relatie op grote schaal onderzocht. Dit geeft nieuwe inzichten. Zo blijken proefpersonen gevoeliger voor slaapverstoring dan voorheen werd aangenomen. Slapende mensen reageren namelijk ook op omgevingsgeluiden zonder wakker te worden. Verhoogde bloeddruk kan daarvan het gevolg zijn, doordat het lichaam het geluid interpreteert als naderend gevaar. Gezondheidsschade kun je dus oplopen zonder zelf hinder te ervaren. De WHO adviseert om mensen beter te beschermen tegen deze schade. Bij het beoordelen van gezondheidsaspecten in planstudies is dit dus relevant.’

Concessies

Vooralsnog heeft het onderzoek van de WHO nog geen directe gevolgen op ons wetgevingsstelsel, vertelt Renez. Het wetgevingsstelsel is er namelijk niet louter op gericht om alle risico’s en gezondheidsschade uit te sluiten, legt hij uit. Op de bescherming van de gezondheid worden altijd concessies gedaan om mobiliteit, economische activiteit en woningbouw te faciliteren. De staatssecretaris laat daarom nog een analyse uitvoeren die nodig is voor de doorwerking in beleid voor weg, spoor, luchtvaart en industrie. ‘Vervolgens is het aan de politiek om een afweging te maken. Tot die tijd geldt de huidige wetgeving.’

Het advies van het RIVM is om in huidige projecten per situatie te bezien welke extra mogelijkheden er zijn om geluid te reduceren, geeft Renez aan. ‘En dan bij voorkeur gericht op de gemiddelde geluidbelasting en niet alleen op de hoogst belaste woningen. Juist daar valt volgens het RIVM de meeste gezondheidswinst te halen. De uitwerking hoeft niet alleen te worden gezocht in het aanscherpen van normen. Het gaat er vooral over hoe je geluidbeleid effectiever kunt maken.’

Bewegen stimuleren

Verkenningen lenen er zich volgens Renez het meest voor om voor de relevante gezondheidsaspecten al aan de voorkant een bewuste keuze te maken. ‘Je kunt sturen op normen. Maar in je project kun je ook meer doen dan dat. Hoe kun je gezondheid bevorderen? Die invalshoek geeft een andere blik op het verbeteren van fietsvoorzieningen, het ontmoedigen van autogebruik en het stimuleren van bewegen. Je kunt op die manier invulling geven aan gezondheid binnen je project.’

Gezondheid in mobiliteitsontwikkelingen wordt ook nu niet alleen bepaald door normen, geeft Renez aan. ‘Als geluidsadviseurs brengen wij de effecten in beeld en geven we de instrumenten om de gezondheid te verbeteren, maar wij zijn niet betrokken bij de vormgeving. Ook de ‘Omgevingswijzer’ als instrument helpt om de mogelijkheden voor gezondheidsverbetering in beeld te brengen. Uiteindelijk is het voorkeursalternatief bepalend en draait het daarin om de politieke wil om extra middelen voor gezondheid vrij te maken.’

Zuidas Amsterdam
A10 Zuidasdok Amsterdam

Groene omgeving

De verkenning is volgens Renez het moment om al in de plannen een gezonde inrichting van de ruimte op te nemen. Deze plannen kunnen verder gaan dan het mobiliteitsproject. ‘Je betrekt dan de hele leefomgeving bij de nieuwe ontwikkeling. Uit studies blijkt dat een groene omgeving en recreatiemogelijkheden meer welbevinden opleveren voor omwonenden en bovendien de gezondheid bevorderen. Samen met je omgevingspartners kun je in dat proces bedenken hoe je niet alleen de mobiliteit faciliteert, maar ook het gebied gezond kunt inrichten.’

Als voorbeeld, waarbij verder is gekeken dan de infrastructuur noemt Renez de A4 bij Schiedam, waar een parkomgeving is aangelegd bovenop de weg. Ook bij het Zuidasproject gaat de gezondheidsambitie verder dan het stiller maken van de weg. ‘De projectorganisatie betrekt de leefomgeving daar nadrukkelijk in de plannen.’

Omgevingspartijen kunnen een grote rol spelen als het gaat om een gezonde leefomgeving, merkt Renez. Zo noemt hij de ondertunneling bij de Gaasperdammerweg, waarbij de regio Amsterdam extra bijdraagt aan de oplossing en Rijkswaterstaat als initiatiefnemer verantwoordelijk is voor het wettelijk minimum aan geluidsmaatregelen. ‘De verkenningsfase is daarin bepalend voor de vormgeving. In de planuitwerking staan scope en budget al vast en ben je te laat voor dit soort oplossingen.’

Meer informatie: Renez.nota@rws.nl 06 54 35 20 95